Een mensenrechtendeskundige van de Verenigde Naties heeft Indonesië donderdag gemaand te stoppen met het uitvoeren van de doodstraf in drugszaken. Op 14 maart jongstleden werd in Jakarta de doodstraf toegepast op een man vanwege een drugssmokkelzaak.

VN-rapporteur Christoph Heyns
Christof Heyns, de speciale VN-rapporteur voor buitengerechtelijke executies, zei: “Ik betreur het zeer dat Indonesië de heer Adami Wilson heeft geëxecuteerd, ondanks oproepen door mensenrechtendeskundigen van de VN en maatschappelijke organisaties om geen doodstraffen meer op te leggen voor aan drugs gerelateerde delicten.”
De executie van Wilson was de eerste uitgevoerde doodstraf in Indonesië sinds november 2008. Op dat moment werden de terroristen ter dood gebracht die de bomaanslagen op Bali in 2002 hadden gepleegd. Vervolgens heeft het dus meer dan vier jaar geduurd voordat er weer een doodstraf werd toegepast. Adami Wilson was een Nigeriaan die in 2004 een kilo heroïne Indonesië binnengesmokkeld zou hebben.
Na de executie van Wilson gaf de procureur-generaal aan dat er dit jaar nog twintig gevangenen geëxecuteerd zullen worden. Naar schatting zitten er in totaal ongeveer 130 mensen in Indonesische cellen die ter dood veroordeeld zijn, waarvan een derde uit het buitenland komt. Er zitten ook drie Nederlanders bij. Tot deze maand leek het erop dat Indonesië gestopt was met de executies, maar dat blijkt nu toch niet het geval.
VN-rapporteur Heyns zegt: “Deze praktijken zijn onacceptabel. De internationale wetten schrijven voor dat de doodstraf wordt gezien als een extreme vorm van straf die, als het al gebruikt wordt, alleen toegepast zou moeten worden voor de ergste misdaden, oftewel moord met voorbedachte rade.” Meer dan de helft van de mensen die in Indonesië de doodstraf hebben gekregen werden bestraft in drugszaken.
Er is momenteel een discussie gaande in Indonesië over de doodstraf, zowel in de maatschappij als in de rechtbank. Heyns zegt te hopen dat de overheid snel een moratorium op executies zal afroepen, zolang de discussie nog gaande is. Mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch sluit zich daarbij aan: “President Yudhoyono zou de moed moeten hebben om de doodstraf af te schaffen.”
Vanuit de internationale pers wordt gewezen op de hypocrisie van president Susilo Bambang Yudhoyono. Als er Indonesiërs in het buitenland ter dood veroordeeld worden dan stelt de Indonesische overheid zich op als tegenstander van de doodstraf, maar in eigen land gaat het gewoon door.